omgaan met niet weten2 111940158585

Omgaan met niet-weten: over duidingsdrang en ‘proces-weten’

Cette page n'est pas disponible en français - Vue en Néerlandais:


Waarom is het zo ongemakkelijk om ‘niet te weten’? Dit vroeg ik me af toen ik me de afgelopen tijd zo goed en zo kwaad als het ging door de corona-crisis worstelde. Ik ervoer allerlei tegenstellingen. Ik genoot van de tijd met mijn dochtertje. Ineens wandelde ik iedere dag met haar door het bos, leerde kijken door haar ogen, ervoer rust en aandacht. Maar moest ook ontzettend wennen aan het online werken. Van de één op de andere dag zat ik uren via een scherm te praten. Bovendien werkte ik nog maar de helft van de tijd, waardoor het puzzelen was wanneer ik wat gedaan kon krijgen. En dan was er nog de wereld buiten mijn bubbel, met iedere dag berichten over volle IC’s en nieuwe sterfgevallen. De zorg over de gezondheid van mijn ouders. Al met al verwarrend.

 

Ik probeerde betekenis te geven aan alle verschillende ervaringen, indrukken en verhalen. Door de nieuwsberichten in de krant te lezen, om maar wat te noemen. Ik zocht houvast maar merkte dat dat nog niet zo eenduidig lukte. En dat was ongemakkelijk. Ik betrapte mezelf op duidingsdrang.

 

Duidingsdrang

Dat is niet vreemd, weet ik inmiddels. We hebben allemaal een neiging de wereld om ons heen te willen snappen. Dat heet, met een Engelse vakterm, need for closure. De één heeft dat sterker dan de ander. We willen weten waar we aan toe zijn, waar we naar kijken, wat het ‘is’, wat we meemaken. Zo blijkt er een relatie te zijn tussen een lage need for closure en waardering voor abstracte kunst, en andersom. Iemand met een hoge need for closure denkt eerder: waar kijk ik nu naar, wat stelt dit voor? De mate waarin je closure zoekt in een situatie, bepaalt je openheid en nieuwsgierigheid.

 

Wat ik interessant vind is dat we weliswaar makkelijk zeggen dat het belangrijk is om open te staan en niet te snel te oordelen, maar er dus een cognitief mechanisme is dat dit in de weg staat. We hebben dit allemaal – soms wat sterker dan anders. Dat is niet per se erg, maar wel goed om je bewust van te zijn. Want dan kan je kiezen hoe je omgaat met niet weten en je behoefte aan duiding en ‘closure’. Want los van de vraag of die altijd haalbaar is, is hij misschien ook niet altijd nodig?

 

Weten wat te doen als je het niet weet

Het onderwerp niet-weten houdt me al langer bezig. Eerder interviewde ik leidinggevenden over hoe zij omgaan met niet weten, twijfel en onzekerheid. Zo ging ik in gesprek met een manager van een grote bank, een gemeentesecretaris en een bestuurder van een welzijnsorganisatie. Stuk voor stuk hebben ze regelmatig te maken met situaties waar ze niet direct weten wat te doen. Eén ding viel op in alle gesprekken. Ze wisten wat te doen als ze het niet wisten. Met andere woorden; ze hadden een proces-weten wanneer ze inhoudelijk geen idee hadden. Één van hen wist bijvoorbeeld wie hij moest vragen om input of advies. Een ander wist dat hardlopen hem hielp om zijn gedachten te ordenen. Een weer een ander had een hele gestructureerde aanpak om besluiten te onderzoeken. Minister-president Rutte gebruikt regelmatig de term ‘varen op zicht’ – zijn manier van omgaan met niet-weten.  Zo kunnen deze mensen allemaal inhoudelijk niet weten omarmen door een proces weten.

 

Even ophouden met denken

Zelf weet ik inmiddels dat veel lezen en informatie tot me nemen voor mij niet de manier is om met het ongemak van niet-weten om te gaan. Het brengt me vooral in mijn hoofd, en daarmee in mijn gedachten die alle kanten op gaan. Wat wél werkt, is bewust kiezen voor de informatie die ik tot me neem, contact te zoeken met collega’s en vrienden om te praten over mijn en hun ervaringen en vooral mijn eigen intuïtie serieus te nemen. Dat vraagt af en toe een wandeling in het bos of 10 minuten yoga en stilstaan bij wat er gaande is in mij. En soms kijken naar de wereld door de ogen van mijn dochter. Een kind van nog geen 1,5. Met onuitgesproken kindervragen die mij helpen oog te hebben voor dat wat er níet gezegd wordt, om minder te denken en meer te zijn en te ervaren. Frank Lloyd Wright zei: 'Een expert is iemand die is opgehouden met denken.' Misschien is ophouden met denken nodig om oog te hebben voor wat er verteld wil worden.

 

Pas op de plaats

Het helpt dus om vooral mijn intuïtie aan te zetten en zo oog te ontwikkelen voor wat er speelt, borrelt en verteld wil worden. Dat kan gaan over een verhaal dat in mezelf zit, maar ook over wat er in een groep, een team, een organisatie of in de wereld speelt. Door stil te zijn en te luisteren, even te vertragen, kan de onrust die ik voel door mijn duidingsdrang, in ieder geval verdwijnen. Dat is mijn proces-weten. Te midden van alles wat ik niet-weet is het fijn om die te kunnen vastpakken. Juist om open te kunnen blijven staan.